Raymond van het Groenewoud: ‘Ik doe wat me gezegd wordt, mijn ergernis steek ik in mijn songs’

Raymond Van het Groenewoud: ,,Optreden is mijn lust en mijn leven. Het houdt me gezond. En je maakt mensen blij, dat krijg je er zomaar bij.''

Raymond Van het Groenewoud: ,,Optreden is mijn lust en mijn leven. Het houdt me gezond. En je maakt mensen blij, dat krijg je er zomaar bij.'' Foto: Wim Scheire / Isopix

Raymond Van het Groenewoud heeft voor het eerst zelf zijn muziek geproduceerd, en dat is te horen. Met haast ambachtelijke trots zingt hij over het verlies aan samenzijn, de dubbele moraal van vandaag en zijn nood aan liefde. ,,Die nieuwe gitaar duwde mij een etage hoger. Ineens vond ik mezelf geweldig.’’

Lees meer over
Muziek

Al die demonen die mij dagelijks verlammen/ al dat gewoel en getob in de nacht/ trek mij hieruit’, zo opent Raymond Van het Groenewoud (73) zijn nieuwe album. Voor een man die 50 jaar geleden debuteerde met een album dat Je moest eens weten hoe gelukkig ik ben heette, klinkt dat niet zo best.

In zijn appartement in Brugge oogt de zanger echter wakker en nog goedgemutst ook. ,,Dat liedje – Geef me kracht – gaat over slaapproblemen’’, zegt hij. ,,Ik heb last van insomnia, maar gelukkig in een milde vorm. Ik lig vaak wakker, met negatieve gedachten, maar ik kan er de nutteloosheid van inzien. Ik oefen veel in ‘leven in het nu’, en het nu van ’s nachts is dat je in je bed ligt en niets kan doen. Met die gedachte verdrijf ik de kwelduivels wel.‘’ Verder klinkt het rapport goed. Zijn oogprobleem is onder controle, het lijf vecht een beetje met artrose, waardoor hij zijn geliefde tennisspel heeft moeten laten. Maar ook: wie een jaar geleden de Gentse Feesten kon afsluiten met een set van 109 songs, staat nog pal.

Het speelplezier spat ervan af

De laatste keer dat we elkaar zagen, in 2013, had hij een plaat gemaakt die De laatste rit heet. Tien jaar later zit hij toch twee platen verder en op Egoïst spat het speelplezier ervan af in een bonte mix van rock, punk, funk, disco en enkele ballads. ,,Het zou alweer de laatste kunnen zijn, maar de invalshoek is anders. Na de vorige plaat, Speel, opgenomen met producer Jean-Marie Aerts, in een relatief dure studio in Brussel, besefte ik dat dat niet meer kan. Aan streaming verdien ik bijna niets en ik verkoop niet genoeg cd’s. Nu werk ik naar een album toe, omdat ik dan zelf een exemplaar in mijn kast kan zetten, maar als ik er mijn broek aan scheur, stopt het. Ik zal wellicht ook af en toe één nummer opnemen om dan op de radio te laten horen dat ik iets nieuws heb.’’

Je hebt voor het eerst zelf je plaat geproduceerd. Klinkt het album nu naar je smaak?

,,Ik vind het fantastisch, met dank aan mijn geluidstechnicus, Ward Snauwaert. Met zijn knopjes kan hij dingen doen waar ik niks vanaf wist. Kom ik eraan, als halfbakken gitarist, denkend dat iets zus of zo moet zijn, en hij voélt wat de bedoeling is, gaat snel een betere gitaar halen en laat me daarop spelen. Dat duwt mij een etage hoger. Ineens vind ik mezelf geweldig.’’

Als liefhebber van stemmen heb je de jouwe, en die van de koortjes, fors vooraan gezet.

,,Toen ik de afgewerkte plaat hier draaide, was ik erg ontroerd. Hij heeft dat warme gevoel dat ik ervaarde met Beatles-platen, waarbij ik altijd dacht: ze zingen hier in mijn huis. Ik denk op dat vlak als een huisvrouw. Ik zet een plaat op en ga in de keuken rommelen en dan komt het over of niet. Ik wilde geen plaat die als behangmuziek overeind blijft. De stem moest pakken, of niet.’’

Zo horen we beter dan ooit waarover je het hebt. Over kunstenaar Jan Fabre, denk ik, op ‘Propere lei’.

,,Ook. En over Brad Pitt en vele anderen.‘’

Je klinkt zeer geërgerd. ‘De heksenjager, ziek van geest/ Dat is het vuilste beest’.

,,Wat me het meeste ergert, is het grote medialawaai vooraf. Ik vind het schandalig dat sommige mensen als schuldig afgeschilderd worden nog voor de schuld bewezen is. En wat mij verbijstert, is dat specifiek getalenteerde mensen monddood worden gemaakt in een job. Zo’n Johnny Depp, die jaar in jaar uit met dat proces aan zijn broek zat, en scheef bekeken werd in zijn beroepswereld, wordt dan uiteindelijk vrijgesproken! Ik kan erin komen als ze zeggen: die heeft iemand verkracht, die heeft iemand vermoord, daarom is die persoon opgesloten. Maar in sommige gevallen word je onterecht beschadigd.’’

‘Propere woke, propere taal/ Heilige ridder van moraal’, ga je verder. Hoe pak je Marc Overmars (die bij Ajax als sportief directeur ontslagen werd na grensoverschrijdend gedrag, red.) dan aan?

,,Als hij zo onnozel is om zijn fluit te fotograferen en door te sturen naar een dame links en rechts, kunnen ze hem dan binnen die werksfeer niet volwassen aanpakken, en als het nog eens voorvalt, ontslaan? Dan zal hij het wel laten. Dát kan ik volgen. Maar de valse ethiek van werkgevers die zulke mensen eruit gooien omdat ze zichzelf anders te schande denken te maken … Ik mis volwassenheid.’’

Raakt het je in je eigen leven?

,,Ik zie vooral het ziek zijn van de mensensoort. Mijn oplossing is mezelf op te sluiten in een kleine wereld waar de informatie eerder tastbaar is dan leesbaar.’’

Zonder media dus? Dan steek je je kop in het zand.

,,Ik kom heus wel te weten wat er gebeurt. Soms zet ik de radio aan en na twee hoofdpunten denk ik dan ‘het is goed, daar hebben we weer eens niets aan’. Als iemand me, van persoon tot persoon, een nieuwsitem doorgeeft, kan ik dat beter verdragen, omdat er geen spel bij wordt gemaakt en het niet uit zijn context gelicht wordt.’’

In ‘Solidariteit’ roep je de spirit van het communale denken op, maar als verstokte individualist ruik je snel propaganda.

,,Dat lied verwijst naar de generatie van mijn ouders, toen de communistische gedachte nog het schoolvoorbeeld van menselijkheid was, en hoe die dan met Stalin uit elkaar viel. Je kan de boodschap natuurlijk doortrekken naar gelijk welk partijprogramma vandaag dat voorhoudt dat het nieuw is of over eigenheid gaat.’’

Welke politieke visie heb jij?

,,Ik zie twee types. Je hebt mensen die hun beleid aanpassen aan het idee van welke macht ze daarbij kunnen bekomen of uitoefenen. En dan heb je types als politicus Jean-Luc Dehaene (voormalig premier van België, red.), die een soort humanitair talent hebben om een beetje te zorgen dat het voor iedereen haalbaar is. Kalm aan hier, kalm aan daar: dat lijkt mij de oplossing. In de media werd hij soms afgeschilderd als een loodgieter die enkel de problemen van vandaag oplost, maar dat is nu net wat moet gebeuren.’’

Kan je begrijpen dat jongere generaties vragen dat er meer op langere termijn wordt gedacht, bijvoorbeeld in de klimaatproblematiek?

,,De generatie die nog niet aan zet is, droomt van hoe mooi en hoe goed het zou kunnen: dat is van alle tijden. Zodra ze in de werkelijkheid stappen van maandelijks te moeten rondkomen, zien ze het anders. Kijk, het optimisme van mensen die nieuwe manieren aangeven om je te verplaatsen, vind ik mooi, en ik denk dat het in orde komt, maar er zal veel tijd overheen gaan, omdat er veel corruptie aan te pas komt om de wereld met fossiele brandstoffen in stand te houden. Het is de logica zelf: niemand wil inleveren.’’

Het verbaast me hoe iemand die zo uitgesproken kan zijn in zijn songs, tegelijk zo relativeert.

,,Ik vind geen artistieke uitdaging in burgerlijke ongehoorzaamheid, dus plooi ik mij naar het beleid. Ik rijd 30 kilometer per uur als dat aangegeven staat, en achter fietsen als dat zo hoort. Ik doe alles wat er gezegd wordt, zodat we met miljoenen zouden kunnen samenleven. Alles wat me ergert of waar ik mijn mening over heb, steek ik in mijn werk. Dat is de basis van mijn mentale gezondheid. (denkt na) Ik vind eigenlijk maar één aspect ontoelaatbaar: de kloof tussen arm en rijk. Daarvoor kunnen beleidsmensen niet genoeg bekritiseerd worden.’’

Blijf je liever optreden dan platen maken?

,,Zeker. Optreden is mijn lust en mijn leven. Het houdt me gezond. En je maakt mensen blij, dat krijg je er zomaar bij. Bovendien heb ik nu een geweldige groep, de beste die ik ooit had.’’

Maar nieuwe songs uitvinden hoeft dus niet?

,,Er is geen artistieke noodzaak, en dus zou ik lui kunnen zijn. Maar mensen zijn vreemd. Ze vinden het niet leuk om te werken, maar zijn wel heel tevreden als ze gewerkt hebben. Dus speel ik wat ik heb, en kom ik soms op het punt dat ik iets anders wil: een nieuw aanstekelijk nummer, dat meteen oudere nummers in dezelfde familie weer opfrist.’’

Zoals ‘Verlaten gebouw’, wellicht de beste song op je album?

,,Dat heb ik al meer gehoord. Ik hang eraan, vrees ik.’’

Pardon?

,,Nou ja, al mijn liedjes zijn mijn kinderen en ik vind het niet eerlijk tegenover hen dat mensen dan hun favorieten – meestal dezelfde vier, vijf songs – er uitpikken. Het is alsof je aan een ouder vraagt wat zijn favoriete kind is.’’

Het is wel een mooie song over de leegte die opdoemt wanneer je heel oud bent. Uit eigen ervaring gemaakt?

,,Heel specifiek gaat het over drie Hollandse mannen die Nederland in 1948 ontvluchtten. Een van hen was mijn vader. Ze belandden, met hun vriendinnen, in de Brusselse Marollen. Ze kregen kinderen, en waren heel gehecht aan elkaar. In die ‘uitgebreide familiesfeer’ ben ik opgegroeid: dat was een nést. Toen mijn moeder overleed, en later mijn vader, kon ik dat nuchter plaatsen – ik ben geen jankerig type – maar toen er maar één van die zes meer over was, daagde het me dat heel dat verhaal zou wegvallen, en werd ik neerslachtig. Over dat gevoel gaat die song.’’

Album en optredens

Het album Egoïst verschijnt 27 oktober. Raymond Van het Groenewoud treedt 7/12 op in Carr é, Amsterdam en 24/4 in Stadsschouwburg, Groningen.

raymondvanhetgroenewoud.be