Direct naar artikelinhoud
TV-columnMaaike Bos

Tom Kleijn laat zien hoe de vuurwerkramp in Enschede nog steeds doorsmeult

De wijk Roombeek in puin op 13 mei 2000Beeld Maaike Bos

Vandaag is het twintig jaar geleden dat de vuurwerkramp in Enschede woonwijk Roombeek voor een groot deel in de as legde. Bijna duizend gewonden, 23 doden. Maar Roombeek – wie kent die naam nog? Buiten Enschede is onze aandacht allang naar andere kwesties verschoven.

In de serie ‘Na de klap’ (KRO-NCRV) gaat rampenverslaggever Tom Kleijn terug naar waar de aandacht allang is weggeëbt. In Enschede blijkt dat hard nodig. De loden last van die vuurwerkramp is nu nóg af te lezen aan sommige gezichten.

En ja, dat doet Tom Kleijn in weer een ‘treurbuisprogramma’, zoals een lezer maandag het medium televisie noemde. Ik moest even lachen om de ingezonden reactie omdat hij ons duo Bas & Bos op deze achterpagina liever Bar & Boos noemde, en een devaluatie vond na Boevink en Schouten. Als ‘Boos’ ga ik lekker niet in op die kwalificatie, maar het woord treurbuis leg ik graag nog even onder de loep. Het is gemunt in 1978 door wijlen Gerrit Komrij, die in NRC Handelsblad zó negatief schreef over het medium televisie dat de krant juist daarover woedende brieven kreeg, schreef De Groene. De term vooronderstelt een medium met deerniswekkende inhoud, een treurnis van oppervlakkigheid, een stuwmeer aan gemiste kansen.

Te veel en te zwaar vuurwerk

Zo zie ik al het onderzoek, de regie en het camerawerk van die duizenden tv-makers helemaal niet. Zeker zijn er gemiste kansen, ook in dit programma, waarin je die ramp tot op de bodem uitgezocht wilt zien. Maar als het de betrokkenen al twintig jaar niet lukt om de gang van zaken definitief boven water te krijgen, dan kan een redactie dat in een paar maanden ook niet. Kleijn laat wel zien hoe een ramp doorsmeult lang nadat de camera’s vertrokken zijn.

Oud-eigenaar Rudi Bakker van S.E. Fireworks is gebroken. Nog steeds kijkt hij een paar avonden per week weemoedig naar het filmpje van zijn toenmalige bedrijf. “Dit was mijn leven, mijn jeugd, mijn werk, tot diep in de nacht, dag in dag uit.” Hij kreeg een jaar cel omdat hij te veel en te zwaar vuurwerk opgeslagen zou hebben gehad. Hij wordt gezien als moordenaar. Mensen drukten een peuk uit op de wang van zijn zoontje maar hij mocht geen aangifte doen.

Rechercheur Jan Paalman is ook gebroken. “Het is zo duidelijk als wat. Het onderzoek kán wel opgelost worden, maar mág niet opgelost worden”, zegt hij. Dat zag hij al een dag na de ramp. “Iedereen wist dat Bakker in het ziekenhuis lag, maar ik mocht niet naar hem toe. De leiding blokkeerde dat.” Wel ging er een internationaal opsporingsbevel uit, als voor een crimineel op de vlucht. En, zegt Paalman: “De officier van justitie wist niet wat hij Rudi Bakker ten laste moest leggen. Dus wat wordt er dan gezegd? Zorg dat er te veel en te zwaar lag.”

Onschuldig vijftien jaar cel

Kleijn pleegt te weinig wederhoor, dat is de enige treurnis aan zijn programma. Oud-burgemeester Jan Mans vindt onderzoek zinloos, maar Kleijn legt hem niet deze hete hangijzers voor. Bakker zegt zich aan alle vergunningen te hebben gehouden. Een andere man kreeg onschuldig vijftien jaar cel voor brandstichting, rechercheur Paalman verdedigde zijn onschuld, zag de straf gereduceerd tot tweeënhalf jaar, maar werd daarop door Mans ontslagen. Tom Kleijn had Mans ter verantwoording moeten roepen, in plaats van te wijzen op de trieste aanblik van meters dossier op Paalmans zolderkamertje.

En toch. Hij is hier tenminste. Doorleven na zo’n ramp blijkt behalve verdriet verwerken vooral onrecht slikken. Als de aandacht van de treurbuis Kamervragen of een echt onderzoek kan oproepen, neem ik mijn pet ervoor af.

Vijf keer per week schrijven Renate van der Bas en Maaike Bos columns over televisie.